Verleden van een bewogen landschap
Op voorraad
Productinformatie
Richard Jansen en Klaas van der Laan
Uitgave in samenwerking met: Staatsbosbeheer Regio Zuid
De Maashorst is het grootste aaneengesloten natuurgebied van Noord-Brabant. Het wordt gekarakteriseerd door een gevarieerde natuur, afgewisseld met landbouwgronden en staat bekend om zijn aardkundige monumenten als aardbreuken en wijstgronden. De Maashorst kent echter ook een bijzondere bewoningsgeschiedenis die tot ver in de prehistorie teruggaat.
In de afgelopen decennia zijn op de Maashorst een aantal spectaculaire archeologische vondsten gedaan, waaronder vorstengraven uit de vroege ijzertijd, een begraafplaats uit de late prehistorie, het grootste bronsdepot van Nederland uit de Romeinse tijd en een aantal vergeten dorpen uit de middeleeuwen. De rode draad in het bijbehorende verhaal vormt de relatie tussen de Maashorst en haar bewoners. Voegden de jager-verzamelaars en vroegste boeren zich nog naar hun omgeving, in de loop van de tijd gingen de bewoners het landschap van de Maashorst vormen. Men kapte bijvoorbeeld bossen voor de aanleg van akkers, waardoor heidevelden en later ook stuifzanden ontstonden. De heidelandschappen namen een belangrijke rol in als graasgronden binnen de heidecult, een landbouwsysteem waarin mens en omgeving in evenwicht stonden. Tegenwoordig worden de heidevelden als natuur beschouwd maar feitelijk zijn het dus eeuwenoude cultuurlandschappen.
Het boek laat de ontwikkeling, de bewoning en het gebruik en betekenis van het landschap van de Maashorst van de prehistorie tot het heden zien. Tastbare herinneringen uit de (pre)historie zijn in het huidige landschap van de Maashorst nog steeds aanwezig. Samen met de bijzondere landschappelijke en aardkundige kenmerken geeft dit rijke cultuurhistorische verleden de Maashorst zijn huidige karakteristieke en unieke identiteit.